terug naar archief

30 maart 2000 - Steven Le Poole

Hoogteziekte

"Alles leek prima te gaan tot en met de 28-ste. Ik voelde me kiplekker, liep als een trein, at als een beer en genoot van de bergen. Het leek er aan alle kanten op dat we goed aan het acclimatiseren waren. En toen kwam ik de man met de hamer tegen: knallende koppijn, krampen, koortsaanvallen, kotsen. Wat was er in vredesnaam aan de hand?

Achteraf gezien was het redelijk logisch. Ik had - zoals altijd - veel te lang doorgewerkt en weinig rust genomen. De laatste weken zaten vol 'gewoon' werk, training, regelen, interviews, voorbereiden enz. Daarna kwam het vertrek, de landing in kathmandu, het regelen van zuurstofflessen, het bezoek aan Foster Parents, de reis naar Dunche en de klim omhoog.

Voor het eerst hoefde het lichaam zich eens niet in te spannen. Het reageerde dan ook vrij heftig: 'Uitrusten, hier op 4300 meter terwijl je een reisverslag wil schrijven? Weet je wat jij kan? De pot op'. Hetgeen gebeurde. Na een ellendige nacht zijn Joke en ik omlaag gegaan.

Aan de ene kant baal ik dat ik omlaag ga. Een paar jaar geleden was ik koppig gebleven, pijn verbijtend, en had ik me zeker niet laten kennen door een ziekte-tje. Alleen red je het zo niet op Everest. Beter om af te dalen en mezelf rust te geven. We moeten nog zolang.

Frits en Tjitte dalen een dag later af en samen keren we terug naar Kathmandu. Spannend: vanavond zijn we voor het eerst met alle expeditieleden samen."

terug naar archief