terug naar archief

2 april 2000 - Steven Le Poole

Grote teamvergadering

"Vanochtend hadden we onze eerste grote teamvergadering. Nog één keer bespreken we de belangrijke zaken: Dave Allason-Pritt neemt de laatste details nog eens door, Rob geeft een medische briefing over hoogteziekte en onderkoeling. Eigenlijk weten we allemaal wel wat ons te wachten staat, maar we willen er nog één keer doorheen lopen.

Ik ben erg blij met het team dat we nu hebben. We klimmen allemaal minstens tien jaar, eerder vijftien. De Engelsen hebben óf veel extreme beklimmingen gedaan in Schotland of Alpen óf al een paar grotere expedities achter de rug. Een belangrijke sterkte die ik bij bijna alle klimmers heb aangetroffen, is dat ze in staat waren om terug te keren vlk voor een top terwijl die binnen handbereik lag en dat ze het fysiek makkelijk konden halen. Het zag er dan nét dubieus uit: lawinegevaar of opkomend slecht weer. Een dergelijke beslissing getuigt van goed inschattingsvermogen. We worden dan ook een beetje ongemakkelijk als vrienden of journalisten ons toefluisteren: 'wel de top halen hè'. Graag, dat willen we echt wel. Daar hebben we lang genoeg heel veel voor opzij gezet. Je moet het ontzettend graag willen maar geen millimeter t graag.

Misschien zijn we daarom allemaal een beetje gespannen, of meer zenuwachtig. Niet zozeer vanwege het gevaar maar omdat de slaagkans zo klein is: vorig voorjaar was een uitstekend seizoen waarbij 45 van de 180 klimmers de top haalden. Nog geen 25 procent dus, waarvan sherpa's ook nog een overgroot deel uitmaken. We beseffen dus dondersgoed dat we hoogstwaarschijnlijk niet de top halen. Dat kan aan externe omstandigheden liggen, zoals het weer, maar ook aan de lulligste details zoals diarree op het verkeerde moment, hoogteziekte, een noodsituatie van een andere klimmer en noem maar op. Het moet allemaal nét meezitten.

Die ondertoon komt snel boven wanneer we over filmen spreken. Essent en @Home hebben een cameraman meegestuurd om het verloop van de expeditie vast te leggen. Alle leden hebben daarmee ingestemd - onder bepaalde voorwaarden - maar je voelt dat het ze nog niet helemaal lekker zit. We voelen dat we onbedoeld maar misschien ook ongewild in de kernvragen van de journalistiek duiken.

De eerste zorg was dat de verslaggeving sensationeel zou zijn ('zo werken journalisten nou eenmaal'). Je kan 'ze zitten nu op 7800 meter, het stormt en we hebben al twee uur niets gehoord' ook schrijven als 'ze zitten veilig in het kamp en wachten om af te dalen'. Het is helemaal niet de bedoeling om zaken dramatischer voor te stellen dan ze zijn. Volgens mij zijn we daar wel uitgekomen omdat onze verslagen tot zover vrij nuchter waren. Niet zo'n prestatie als je over de beklimming van de Vaalserberg schrijft.

Verder spraken we natuurlijk over wat te doen als iemand in nood is, of - god verhoede - als er iemand verongelukt. Het maakt dan niet uit of het ongeluk binnen of buiten de expeditie plaatsvindt. Hierover hebben we afgesproken dat de privacy-behoeftes van de naaste familie altijd voorrang hebben boven het brengen van een primeur. Volgens mij is dit vrij gebruikelijk in de journalistiek.

Al met al waren ze redelijk tolerant. Nog niet expliciet enthousiast maar we hopen dat dat nog komt."

terug naar archief